zaterdag 25 augustus 2012

Wij gaan weer naar school!

‘Ik mag naar school!’ Mijn nichtje Raphaëlle kijkt naar me op als ze dit grote nieuws aan mij vertelt. Trots. Ik betoon de gepaste eerbied voor het bereiken van deze mijlpaal. Mag ze écht al naar de grote school? Ja, ze is in de zomervakantie vier geworden en vanzelfsprekend is er nu een plekje in groep één voor haar. Vanzelfsprekend, want in Nederland kan in principe elk kind naar school. Elke ouder is verplicht zijn of haar kind onderwijs te laten volgen. Leren, jezelf ontwikkelen is een recht van elk kind.

In de strijd tegen armoede is onderwijs wel een van de meest zinvolle wapens. Wereldwijd kunnen ongeveer 800 miljoen volwassenen niet lezen en schrijven. Bijna al deze mensen wonen in ontwikkelingslanden. Gebrek aan kennis en vaardigheden gaat vaak hand in hand met armoede. Het is een spiraal waar maar moeilijk aan te ontsnappen is. Immers, als vader en moeder geen onderwijs hebben gevolgd en mede daardoor geen werk en inkomen hebben, kunnen zij hun kinderen ook niet naar school laten gaan. Voor deze kinderen ligt er dan een zelfde leven in het verschiet als voor hun ouders.

Spijbelen
Bij Dorcas helpen we daarom op verschillende manieren kinderen om naar school te gaan. Soms is daar alleen een paar schoenen voor nodig! Via een van onze adoptieprojecten in Oost-Europa werd een gezin met twee jongens geholpen. Na verloop van tijd hoorde onze medewerker ter plaatse dat de broertjes niet alle dagen naar school kwamen. De ene dag kwam de ene en de andere dag de andere. Vonden ze school soms niet leuk of niet belangrijk en spijbelden ze daarom zo vaak? Nee, de jongens bleken samen maar één paar schoenen te hebben. Dus konden ze alleen om de beurt naar school.

Het komt ook vaak voor dat kinderen niet naar school kunnen omdat hun ouders geen geld hebben om de benodigde schoolspullen te kopen. Elk jaar doen tientallen scholen en zondagsscholen in Nederland mee aan de Dorcas Rugzakactie. Daarbij zamelen kinderen pennen, potloden, schriften en andere schoolmaterialen in voor leeftijdsgenoten in Afrika en Oost-Europa. Zo kunnen die kinderen óók naar school en kunnen ze bouwen aan een betere toekomst voor zichzelf, hun familie en hun land.

En het is prachtig om de blijdschap en verrassing te zien van kinderen die hun rugzakje ontvangen en uitpakken. Zoals de zevenjarige Anya in Roemenië. Ze zit op een stoepje voor een smoezelig huisje. Twee parmantige staartjes in haar donkere haar. Stralende donkere ogen. Uit het helderblauwe tasje komen kleurige potloden, pennen en schriften, een liniaal, een puntenslijper, een gum … Zulke mooie dingen heeft Anya nog nooit gehad. En wat nog belangrijker is: ze mag naar school!

Spandoek
Zodra je ons dorp binnenrijdt, kan het je niet ontgaan. Er hangt een spandoek met de bekende slogan ‘Wij gaan weer naar school’. Natuurlijk, in eerste instantie wil de overheid automobilisten erop attent maken dat er weer scholieren aan het verkeer deelnemen.

Maar elke keer als ik de slogan lees, hoor ik mijn vierjarige nichtje, hoor ik een triomfantelijk koor van kinderstemmen. Wij, de kinderen van Nederland, mogen weer naar school. We hebben heerlijk genoten van zes of zeven weken vakantie en misschien hebben we niet heel veel zin om weer in de schoolbanken te schuiven, huiswerk te doen, proefwerken te maken. Maar we hebben de kans elke dag nieuwe dingen te leren en zo te werken aan onze toekomst.

(Dit artikel is gepubliceerd in het Christelijk Weekblad van 24 augustus 2012)