vrijdag 4 november 2011

Bedelkindjes

Spaaracties. Er gaat geen maand voorbij of er is bij een van de supermarkten wel iets te sparen: zegeltjes voor korting bij een pretpark, dierenstickers om in een verzamelboek te plakken, pluchen aapjes, figuurtjes uit bekende tekenfilms en nog veel meer. Een deel van de klanten schijnt dit maar onzin te vinden of zelfs irritant, maar zelf vind ik het meestal wel leuk. En ik ben zeker niet de enige, want het blijkt financieel goed uit te kunnen.

Een bijverschijnsel van de spaaracties is het fenomeen bedelkindjes. Zo noem ik de kinderen die me bij de uitgang van de supermarkt staan op te wachten in de hoop mijn knikker, bouwblok of kwartetkaart te krijgen. Nu ben ik opgegroeid met regels als ‘kinderen die vragen worden overgeslagen’ en ‘na schooltijd thuiskomen en niet rondhangen in het winkelcentrum’. Dus ik kijk er wat vreemd tegenaan als ik door soms echt jonge kinderen wordt aangesproken. ‘Mevrouw, hebt u ook boeboe’s?’ ‘Mevrouw, zou ik uw frummels mogen?’ ‘Mevrouw, mag ik uw domino’s hebben?’

Ja, dat zijn de westerse bedelkindjes. Ze herinneren me aan drie jonge Roma-kinderen die ik in de Roemeense stad Oradea ontmoette. Een jongen en twee meisjes. Ze waren smoezelig en twee van hen liepen op blote voeten, zomaar op het asfalt. Ze zeiden niets, maar hielden alleen hun hand op. Nee, niet om de nieuwste knuppies of dragoenen in ontvangst te nemen. Hun opgehouden handjes en hun ogen vroegen om eten. Daar sta je dan, plotseling oog in oog met kinderen die op school hadden moeten zitten, maar die hun dagen vullen met het bij elkaar bedelen van hun eerste levensbehoeften. Natuurlijk konden we niet anders, dan hen wat broodjes en een appel uit ons lunchpakket te geven…

Deze week staan – misschien wel naast de ‘westerse bedelkindjes’ – ook duizenden vrijwilligers van Dorcas bij de in- en uitgang van de supermarkten. Vooral volwassenen, maar ook jongeren en kinderen. Als het goed is, zullen zij niet om de kakels of de fluflu’s vragen die u gratis bij de kassa hebt gekregen. Nee, zij zullen vragen om een pak macaroni, een blik bonen of een doosje thee. Niet voor zichzelf, maar namens die Roemeense straatkindjes en zoveel andere Oost-Europese armen, die geen inkomen hebben of een pensioentje waar ze onmogelijk van rond kunnen komen.

Persoonlijk vind ik de jaarlijkse Dorcas Voedselactie een prachtige actie. Het is zo concreet. Je verzamelt in je winkelwagentje je weekendboodschappen. Melk, pindakaas, verse groenten, een fles wasverzachter, een extra lekkere koek voor de zondag, oh ja, de koffie was ook bijna op… En naast je eigen boodschappenlijstje heb je deze keer ook het Dorcas-lijstje in de hand: een fles zonnebloemolie, een pakje droge soep, een tube tandpasta. Dingen die zo weinig kosten, maar waar je een ander zo blij mee kunt maken. Niet voor niets is deze voedselinzameling in de week van Dankdag voor gewas en arbeid. Geven uit dankbaarheid voor het vele dat we zelf hebben ontvangen. ‘Alstublieft mevrouw, dit is voor de bedelkindjes in Oost-Europa.’

(Dit artikel is gepubliceerd in het Christelijk Weekblad van 4 november 2011)